Voor degene die er zaterdag niet bij waren of het literair café willen herbeleven. Hieronder lees je het poëtische verslag van sneldichter Tim Albus.
Samenvatting Literair Café 2 juli, te Sommelsdijk
Het begon met een leraar
speels deelde hij de lakens
gepaard met lesstof uit
stukken hoofd, gewassen vlees
geplukt van een Rosenboom
meelezen en meeluisteren
Meester Snoek galmt zijn gezag
in, gepaard met charme
een klas vol leerlingen
hij stuurde de gebelde
leerling niet de klas uit
Na de les tijd voor muziek
een piepend gezoem brak aan
dan uit, hard, zacht
ondanks de zoem en de brom
werd er te weinig doorheen gepraat
na stilte en geduld
verwenden de muzieknoten onze oren
de microfoon wordt verhoogd
de sfeer ook
verzoek om meer
er komt nog een nummer
en nog een gitaar
Een kanon van Nederlandse poëzie
schiet raak in het publiek
het licht speelt met de takken
onder de appelboom
het boekje was vol
zoveel was er verteld
een lamp wordt voorgedragen
dansend werd het werk steeds lichter
gedachten in het heden
regen en zweet
vissen in volle vaart
een lied bij een beeld
drukke dingen op het kerkhof
De spanning gebroken
met een stroomstoring
daarna nam hij ons mee
figuurlijk vervoerd
met sprekende reizigers
een kaartjesknipper
het laatste station nadert
een geval apart met tranen
wandelen over een dijk
en even wist hij het niet meer
zandletters op de stoep: stoepskrijf
PAUZE
even bijkomen
sjoemelen met de leeftijd, gratis drank!
Praten en lachen
en de tijd vergeten
1 2 3 4!
De tel geeft de maat aan
we gaan verder
de zon komt door
de stilte treedt langzaam in
het ontbreken van een dierbare
vertaald in muziek
verlangen naar iemand
Een lichte stem menselijk
vriendelijk jong van ziel
een hart van vuur
romantiek sticht overal brand
bang voor drempels
maar nieuwsgierig naar het onbekende
verder begeleid naar schoonheid
vrees is vrede geworden
positief! Lachen mag!
Wij willen meer! Nog één!
Herman bemoeit zich ermee
er komt een toegift
en niemand weet hoe het afloopt
Tijd voor iets anders
watertoren en hofstede
onderweg naar huis
een kerk bewaakt het dorp
de toren wijst de hemel aan
omsingeld met een ring
luisteren naar ingefluisterde
verhalen en zo in slaap vallen
een dijk als voormalig winkelhart
naar de molen, eindigen
bij de bibliotheek, zo het weekend in
van voordragen overgaan in gezang
onaangekondigd hoge alt
onvoorbereid de diepte in
met een incognito dirigent
hoe het dorp was vroeger
we zingen mee buiten de maat
maar er werd niemand kwaad
er staat iemand uit
maar dat maakt niet uit
het feest gaat verder
zij zat zich te ergeren
akkoorden kwijt
spelenderwijs terug gevonden
treurspel voor de afsluiting
en wij worden dankbaar publiek genoemd
Een sluis van poëzie
opent zich voor ons
hoop tegen beter weten in
met slecht zicht
onbegrip wegglijden
leeghalen en losmaken
de herinnering in leven houden
vragen van het leven, het gevecht
eigen gedicht vol onbegrip
goedkope arbeiders
in een sleur van te veel werk
en te weinig geld
dan even wat lichters om te ontspannen
twee gedichten maar wel drie minuten
gewoon doen prachtig
een ander licht laten schijnen
de krant in het donker
Tot slot nog de man met het boekje
ook hij bracht aan het podium een bezoekje
waste zijn gedachten af
stelde zichzelf voor
en droeg nog wat werk voor
Daarna nog een
deuntje en een neutje
en toen helaas
kwam aan dit moois
een eind.