biografie
Ze had een enorme band met het water. Op zich was dat niet vreemd: Mieke van den Tol kwam op 16 april 1940, kort voordat de Duitsers Nederland binnenvielen, ter wereld op een binnenvaartschip. Tot haar kinderen naar school gingen is ze blijven varen. Maar ook daarna was Mieke vaak op het water te vinden. Na haar pensionering ging ze wonen op de boot die haar man had gebouwd. Samen trokken ze er in de zomermaanden op uit. Na het overlijden van haar man, in 2018, ging ze aan de wal wonen, in Nieuwe-Tonge.
Mieke van den Tol was politiek actief, zowel lokaal als landelijk. Vele jaren had ze zitting in gemeenteraden. Daarnaast was ze politiek medewerker in Den Haag. Toen ze 68 jaar was, zette ze een punt achter haar politieke carrière en ging ze genieten van haar oude dag.
Zich vervelen deed ze zeker niet. Mieke hield zich namelijk graag bezig met schrijven en dichten. Ze was lid van de Nederlandse Schrijversgroep van www.seniorenweb.nl. Ook publiceerde ze gedichten op www.gedichtensite.nl. In 2004 verscheen haar eerste gedichtenbundel ‘Gedachtenkronkels’, die ze uitgaf in eigen beheer. Mieke behoorde vanaf 2014 tot De Reizende Dichters, een gezelschap waaraan ze naar eigen zeggen veel te danken had. “De inspiratieavonden motiveren, inspireren en vormen mij tot steeds betere resultaten.”
Maar de creativiteit van Mieke ging verder. Ze maakte niet alleen gedichten en verhalen, maar ook schilderijen. Ook zong ze in het Meezingkoor De Watertoren in Dirksland.
Mieke van den Tol verhuisde in de laatste fase van haar leven naar een hospice in Papendrecht. Daar, dicht bij haar kinderen, overleed ze op 26 januari 2022. Haar levensmotto was: carpe diem.
website: Miekes-Plekje
§
Het In Memoriam voor haar is hier te vinden.
Miekes gedicht in het laatste nummer van o-o-go:
vrijheid, blijheid
zo vrij zijn als een vogel
zo blij zijn als een kind
dat onder moeders vleugels
zo teder wordt bemind
zo ging ik door het leven
liet hier en daar een traan
maar op mijn eigen wieken
ben ik blijmoedig doorgegaan
zo, op mijn eigen vleugels
zwevend in de wind
hanteer ik streng de teugels
wil ik blij zijn, als een kind
meer gedichten:
Ademloos
Zuivere klanken strelen mijn oor.
geluiden om bij weg te dromen.
helder klinkt het veelstemmig koor.
laat de klanken tot mij komen.
De zaal heeft een goede akoestiek
ik luister ademloos naar de muziek.
de schone klanken van orkest en koor.
strelen mijn ziel en scherp gehoor.
Ik raak in extase en sluit dan mijn ogen
klanken om bij weg te dromen.
geheel door emoties begeesterd,
heeft de muziek mij overmeesterd
Muziek is de moedertaal van het hart.
met haar vergeet ik al mijn smart.
ze is de balsem voor mijn wonden
waarbij ik vrede heb gevonden.
§
Carpe Diem 1
Dankbaar pluk ik weer de dag
die mij bijna was ontnomen
maar de mens wikt en God beschikt
het is allemaal goed gekomen
Ik pluk de dag weer en besef
dat geluk mij is gebleven
en wat de tumor betref’.
mag ik nog even blijven leven
Carpe Diem is dus het credo
waarop mijn leven is geënt
extra dagen cadeau gekregen
Ik pluk de dag weer, elk moment
§
Het lied van de zee
Aan zee droom ik de zoetste dromen
ruisende branding streelt mijn oor
ik laat de stilte tot mij komen.
de wind streelt zachtjes mijn gehoor
een wereld, die mij toebehoor
Ik lig aan het strand zoetjes te dromen
laat mijn gedachten rustig gaan
zij zweven vooruit naar verre oorden
voorbij de horizon en de maan
Een schip heft zich hoog, boven de golven
de wind speelt met haar een vrolijk spel
zij duikt in de golven en komt weer naar boven·
de zeeman roept, vol vertrouwen…
“We redden het wel”.
Ik hou van het water, ik hou van de zee
dat is al zo lang mijn lust en mijn leven
die liefde neem ik steeds met mij mee
zolang als het leven mij is gegeven
§
Ik zou zo graag willen
Ik zou zo graag willen,
Dat de rijken de armen voeden
Dat de honger in de wereld wordt gestild.
Dat er géén oorlogen meer woeden.
Dat er géén geld meer wordt verspilt.
Ik zou zo graag willen,
Dat er eten is voor iedereen ,
Dat er een dak is boven ieders hoofd.
Dat er alléén maar vreugde is en géén geween.
Dat de één de ander niet meer berooft!
Ik zou zo graag willen
Dat er niet zovelen moeten sterven.
Dat ieder de medicijnen betalen kan.
Dat we ons geweten niet hoeven te verbergen.
Dat in héél deze wereld,
een jongen kan worden; een màn!
Daarom
wil ik U allen vragen,
Te bidden voor onze medemens.
En, gezamenlijk hun leed te dragen.
Dàt is nu mijn grootste wens.
Daarom,
Wens ik U allemaal het beste.
Liefde, vreugde en zo meer.
Laten wij, uit het rijke Westen.
Zorgen voor een goed beheer.
Van de aarde, ons gegeven,
Door onze Goede Lieve Heer.
Ieder mens heeft recht van leven.
Dàn komt ook de vrede weer!