Teunis Zaayer, 1837-1902
De in Dirksland geboren Teunis Zaayer, zoon van burgemeester Pieter Zaayer, maakte naam met een studie over arsenicumvergiftiging. Als geneeskundig hoogleraar publiceerde hij vooral over ontleedkunde, maar daarnaast sneed hij in zijn geschriften ook maatschappelijke kwesties aan.
Zaayer, opgeleid in Dirksland, Geertruidenberg en Leiden, promoveerde in 1862 op een proefschrift met de titel Beschrijving van twee vrouwenbekkens uit den Oost-Indischen Archipel. In Leiden werd hij professor in de anatomie. De rede die hij in 1866 uitsprak bij zijn intrede, is ook uitgegeven: Het gewicht eener doelmatige ontleedkundige techniek.
Zaayer was behalve een geliefd leraar onder andere lid van de Leidse gemeenteraad en lid van de commissie van beheer van ‘krankzinnigengesticht’ Endegeest. Ook was hij vele jaren werkzaam als gerechtelijk geneeskundige.
Zijn studie De toestand der lijken na arsenicum-vergiftiging. Een gerechtelijk-geneeskundige studie, die ook in het Duits is vertaald, is gebaseerd op een uitgebreid onderzoek van de lijken van zestien personen die waren vergiftigd met arsenicum. Dit onderzoek vond plaats in 1893.