Het huis is tot een stil
decor geworden, waar ik wacht
op tekens als: de sleutel
in het slot, of een krant die
bij het omslaan ritselt.
Dan zie ik je pantoffels staan
waardoor mijn hoofd weet wat
mijn lijf niet kan aanvaarden.
Het is de stilte die het mes
is tussen toen en nu.
Geen voetstap in de gang,
getimmer in de schuur.
Niemand tilt het deksel
van de pan.
Op het uur van thuiskomst
verpietert voedsel op het vuur
en als de avond valt
tikt de klok de leegte
in seconden.
Hannie van der Lecq